Vertrek met regen, maar ondanks dat krijgen we een uitgeleide van Odette tot voorbij de brug over de Garonne. Ze tipt ons over een korter traject dat ons 2 km bespaart. Lief van haar, maar wij respecteren de Voie de Vezelay. Voor de niet pelgrims. Dat is de route van Vezelay naar Saint Jean Pied de Port.
Na enkele kilometers laat ons lichaam weten dat het tijd is voor een eenvoudige sanitaire stop. Voor mij is dat als man tijdens het wandelen nogal gemakkelijk, maar het staat in schril contrast met een vrouw met een poncho aan. Monique is dan ook blij dat wij in Pondaurat een openbaar toilet aantreffen. Ze is overigens na haar ervaringen van gisteren niet meer bezig geweest met een kop koffie onderweg.
Als wij opgelucht verder gaan rommel ik kort aan de deurkruk van een restaurant dat gesloten blijkt. Een meneer die ons even verderop gadeslaat spreekt ons aan als wij voorbij lopen en vraagt of wij naar Santiago wandelen. Ja, beamen wij en voegen er aan toe dat wij het jammer vinden dat het restaurant gesloten is. Hij twijfelt geen moment en nodigt ons spontaan uit in zijn woning voor een kop koffie. Zijn vrouw is verrast en trekt even snel haar ochtendjas recht. Even later drinken wij, onder het toeziend oog van het echtpaar, een heerlijke bak koffie. Genieten zeg en wat een gastvrijheid. We nemen hartelijk afscheid en vervolgen onze tocht.
En ja hoor, even later lukt het ons weer om verkeerd te lopen door ons geklep. Nou ja geklep, het is het relativeren van onze gevoelens over wat wij gisteren en vandaag hebben ervaren tot nu toe. Niet onbelangrijk. We spreken over hoe een documentaire over de Camino en de zachtheid en hartelijkheid van een gastvrouw je zo snel weer kan motiveren. Ook het delen en er weinig voor vragen is weer een binnenkomer. Heerlijk om dat telkens samen te kunnen doen.
Ondanks dat er in de routebeschrijving geschreven staat en verteld wordt door Odette dat er onderweg te eten of iets te kopen is aan proviant, blijkt dat niet zo te zijn. Ook in het dorp Auros niet. Een kapster van de plaatselijke Coiffeur verwijst ons naar de Pizzaboer. Die is open, absolutement! Wij lopen weer terug en treffen Michel voor de deur aan met de boodschap’ de oven is niet aan en dat blijft zo tot 18.30u’. Het klinkt in het Belgisch/Frans overigens anders. Uit onze ooghoeken hebben wij een deur open zien staan onder het uithangbord met de tekst ‘BAR’. Je weet het nooit, daarom maar op weg naar de bar. Gelukkig, deze is ouvert. Eindelijk een droge plek gevonden om wat te drinken en een beetje op te drogen.
Achter de bar staat een breedgeschouderde Mammuth met dito baard. Tenminste dat staat op zijn lederen vest. Monsieur blijkt het type biker met zadeltassen en een puur hart. De inrichting van de bar is robuust en er hangen wat foto’s van indianen en een soort dromenvanger. Ik mis de gebruikelijke scalp maar zie uit mijn ooghoek toch nog wat trofeeën hangen in de vorm van enkele bh’s. Omdat ik redelijk visueel ben ingesteld, zie ik de avonden waar de alcohol rijkelijk vloeide en er een amoreuse sfeer onstond al aan mijn geestesoog voorbij komen.
Gelukkig laat de eigenaar mij gratis een paar dartpijlen gooien op het overigens electronische bord. Dat heb ik nog niet eerder gezien. Een mooie manier om wat regen te ontwijken.
Na flink wat dubbels, het bleef bij twee koffie, gaan wij op weg naar onze slaaplocatie.
Bij het Chateau aangekomen staat iemand een ander, laten we zeggen, ernstig toe te spreken. Michel die met ons oploopt vraagt naar de toegang van het Chateau en krijgt een vergelijkbare woordenvloed over zich heen. Duidelijk geïrriteerd zegt hij dat het wel wat rustiger kan wat hem betreft. Later blijkt de bewuste man de echtgenoot en eigenaar van het Chateau te zijn.
Tijdens het avondeten is het humeur van de patron weer opperbest en praat op z’n Frans. Net iets te luid en duidelijk, echter dit keer zonder het gezwaai met zijn armen. Madam doet ook mee en toetert in onze v oren waardoor wij het gevoel krijgen dat het gehoor van meneer en mevrouw niet meer al te best is.
De sfeer in het Chateau is totaal anders dan in het Chateau van Puyferrat. Het is alsof of de ziel eruit is en dat ondanks de overvloed aan meubels en de aanwezigheid van de bewoners. Maar het is zoals het is. Oude panden hebben vaak iets leuks. Zo ook het chateau. Niet alles is er meer waterpas. Als wij in het net niet te korte bed liggen dreigen wij er aan één kant uit te rollen. Hilarisch…..
Lieve Mo en Dre.Wat zijn wij trots op jullie.Jammer van de blaren.
Jullie zijn al een heel eind.Heel veel liefs van ons en een dikke kus.pa en ma
LikeLike